Met in Vlissingen een gemiddelde temperatuur van 4.7 graden tegen 4.4 graden was de winter in haar geheel aan de zachte kant. Het was de vierde opeenvolgende winter die zachter was dan normaal, maar het was wel een stuk kouder dan in de drie voorafgaande winters. Januari was ruim een graad kouder dan normaal, december en februari waren zacht.
Het aantal vorstdagen (minimumtemperatuur lager dan 0.0 graden) liep uiteen van 19 in Vlissingen tot 31 in Westdorpe, maar de vorst was licht. Alleen in de vroege ochtend van 22 januari kwam het in Westdorpe met -6.1 graden tot matige vorst. De hoogste temperatuur werd op 15 februari in Westdorpe gemeten: 14.5 graden.
Er kwamen in Zeeland drie ijsdagen (maximumtemperatuur lager dan 0.0 graden voor).
De zon scheen in Vlissingen 243 uren tegen 210.6 uren normaal. Westdorpe meldde 240 uren zon. Het zonnigst was het in Arcen met 268 zonuren, het somberst in Lauwersoog waar de zon 194 uur scheen.
Dankzij de zeer droge decembermaand was de winter in Zeeland iets aan de droge kant.